Lundi, maandagochtend,vaak een moment van opstart problemen. Zelfs in Frankrijk. Om 9 uur lagen we bij de eerste sluis te wachten tot die zou gaan draaien.
5 minuten te laat, maar dat vergeven we de VNF
Een half uur later lagen we nog boven in die kom, te wachten tot een monteur kwam.
Dit zelfde gebeurde bij de tweede sluis. En zo werd het 11 uur en waren we pas 2 sluizen verder en 4 km. Later die dag gebeurde dit nogmaals hij een andere sluis. Moesten we een half uur in de zon, in het gras ,liggen wachten tot hij een keer kwam. Op dat moment had hij nog wel wat langer weg mogen blijven.
Bij de eerste 114 sluizen tot gisteren, hadden we totaal 15 minuten oponthoud bij 2 storingen. En nu dit, terwijl we nog 59 sluizen te gaan hebben tot woensdag.
We laten onze sfeer niet bederven , en genieten van de omgeving. Enorme zoutfabrieken, die een afvalberg van een paar vierkante km en een meter of 10-15 hoog nalaten. Vrachtauto’s reden af en aan om het restproduct uit de zoutmijnen te storten. En dit doen ze al vanaf 1874.
Een bedrijf met de opschrift ‘Ermewa’, had een eigen rangeerplaats, waar treinen geladen werden. Met diverse vestigingen in dit gebied was dit bedrijf duidelijk aanwezig.
Toen we eenmaal het gebied rond Nancy verlieten, en buiten de bewoonde wereld kwamen, was het een lust om over dit kanaal te varen. Dorpjes op de berg, en dorpjes in het dal. Vaak niet groter dan een handvol woningen,dat meer doet denken aan halve wegen vorige eeuw, dan aan het heden.
Dit zelfde geld voor de sluizen. Kunstwerken op zich. Het bouwjaar in de muur, is er allang uitgesleten. Een datum uit de tijd van Napoleon zou passend zijn. Uitgesleten sluisingangen geven makkelijk schade aan je schip.
In het dorp Lagarde zouden we overnachten. Daar was een douche, een winkel en brood. Zo gingen we bij aankomst direct op pad met een flinke tas. Na tien huizen , een kerk en een cafe op de hoek,was het dorp afgelopen, en de bakker kwam de volgende dag om half negen,misschien wel met paard en wagen.
Een vriendelijke dame bood ons een baguette aan voor 68 cent uit haar diepvries. Voor een euro deed ze het ook.
Toen ik later met mijn tasje wasgerei naar de havenmeester ging om liggeld te betalen, en om te horen of de douches met muntjes waren, bleek dat de douches het nog niet deden. Het lokkertje langs de waterkant, dat hier een winkel was, stond in 2 meter uitgestald. Een paar pakken frisdrank, wat koek en toiletpapier, aangevuld met stenen kopjes en schalen van een lokale potten bakker. Het was beter geweest als ie pottenbakker brood kon bakken, maar de ligplaats was idyllisch .