Een lange, eenzame zondag


Als de wekker vroeg gezet wordt, is de nachtrust roerig. Daar komt bij, dat we vlak bij een grote toeristen plaats lagen, wat ook weer de nodige feestvreugde laat klinken. Om kwart voor vier liep ik met mijn hond op de kade op zoek naar een plasplek.
Op een bankje zat een stel van elkaar te genieten. In de verte het gelach, van luidsprekend mensen, die vast geen water gedronken hadden.
We zouden om vier uur verzamelen. Het Franse schip Sylva ,met 2 dames en 2 heren, en wij, om in gezamelijkheid de overtocht van een 100 mijl te doen. Om 4 uur was er nog niets te zien. We wachtte een kwartier , en vertrokken toen maar. Eenmaal buitengaats, zag in op mijn koers in de verte een wit licht gaan. Dit waren op zeker onze Franse mede reizigers. In volgde het licht, en kon op deze manier keurig de 241 graden blijven varen. Om 6 uur kwam de zon op, en zag hun schip gaan. Op de Ais kon ik zien , dat zij steeds een beetje verder uitliepen. Met een snelheid van 6.4 knopen bij 2200 toeren, zouden we vanavond om half negen aankomen.
Het werd een lange dag. Drie tegenliggers , bevestigde dat we op de goede koers waren. Onze Franse voorgangers waren allang uit het zicht verdwenen. Zo voeren we eenzaam op naar Acciaroli. Vanaf 12 uur begon de wind langzaam wat aan te trekken. In het begin nog te zwak om een zeil te zetten, maar uiteindelijk begon het met een fok, en later kwamen het grootzeil en de kluiver er ook nog bij.
De wind wakkerde aan naar 5Bf, maar draaide gelijk iets naar het noorden. Het zeilen ging moeizaam, met een koers die voor het mooie 10 graden westerlijker had mogen zijn. De golven werden steeds hoger, en zo kregen we het buiswater iedere 10 seconden over ons heen. Het zoute water bedekt het hele schip, en onszelf. De snelheid nam met 1,5 knopen terug, en zo beukten we voort.
Tegen 22.00 uur kwamen we uiteindelijk in de haven aan. Onze Franse vrienden hadden een plek gereserveerd , en hielpen ons aanmeren ,met het anker uit. Het eten ging op het gas, en zo waren we tegen elven weer klaar met de dag waarbij we een record aantal mijlen van 101 gemaakt hadden.
Niet voor vrijgezel John. Voor hem begon het leven pas. Hij toog de stad in, en genoot tot diep in de nacht wat de Italiaanse schonen te bieden hadden. Volgens hem hadden we wat gemist. De Italiaan leeft s’nachts . De Hollander heeft het na zo een dagje wel gehad om 23.00 uur.


Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd.