De wind gierde door de mast, terwijl we alle kanten opgegooid werden. De vissers kwamen binnen van een nacht vissen, en waren niet tevreden over de vangst. Er stond teveel wind.
Nadat we gisteren ons fok verspeeld hadden, bleven we in Marmari liggen tot de rust was weergekeerd. Het werd een slap dagje. De meesten hadden in de nacht slecht geslapen, en overdag werd de achterstand weer goed gemaakt.
De hemel was blauw, de temperatuur prima, maar de wind te veel. De witte schuimkoppen op zee, gaven aan, niet uit de haven weg te gaan.
Een Frans zeiljacht kwam binnen, maar durfde geen aanleg maneuvre te maken, en koos voor een ankerplek in een beschutte hoek.
Op advies van een plaatselijke visser, hebben we met 5 man , de boot stapje voor stapje 15 meter uit de hoek gehaald. Daar lagen we veel comfortabeler, dan in het hoekje, waar we maar bleven bewegen.
De jeugd ging op visvangst. Er werd draad en haakjes gekocht en op de Griekse manier, met een klosje , werd een poging op een avondmaal gedaan. Helaas werden er meer sardientjes als aas gekocht, dan er aan vis gevangen werd.
Het avondmaal bestond dit keer uit bloemkool, met kliekjes van de barbecue .